Zoek
Zoektip
Zoektip:
tik vb. Mt. 1,21-12
tik een specifieke zoekterm in (vb. engel)
Joh.21,15-19 (6/06/2025)
15 Nadat ze gegeten hadden, zei Jezus tegen Simon Petrus:
“Simon, zoon van Johannes, heb je mij daad-werkelijk lief,
meer dan de anderen hier?”
Hij antwoordde: “Ja, Heer, Je weet dat ik van jou houd.”
Jezus zei hem: “Weid mijn lammeren.”
16 En opnieuw vroeg hij hem:
“Simon, zoon van Johannes, heb je mij daad-werkelijk lief?”
Hij antwoordde: “Ja, Heer, Je weet dat ik van jou houd.”
Jezus zei hem: “Wees herder voor mijn schapen.”
17 En voor de derde keer vroeg hij hem:
“Simon, zoon van Johannes, hou je van mij?”
Petrus werd bedroefd omdat hij dit voor de derde keer vroeg.
Hij zei: “Heer, jij weet alles. Jij weet dat ik van je houd.”
Nu zei Jezus: “Weid mijn schapen.
18 Amen, amen, ik zeg jou:
Toen je jong was, deed je zelf je gordel om
en ging je waar je wilde,
maar wanneer je oud wordt,
zul je je handen uitstrekken en een ander zal je omgorden
en je brengen waar je niet wil.”
19 Zo duidde hij aan met wat voor dood hij God zou grootmaken.
Toen zei hij nog: “Volg mij.”
“Heb je me lief,” vraagt Jezus aan Petrus? Voor Petrus lijkt het een overbodige vraag. Het gaat hier echter niet om een exclusieve genegenheid tussen twee mensen. Jezus heeft het over de zelf-gevende liefde, liefde die een opdracht in zich draagt: “Weid mijn lammeren. Hoed mijn schapen.” Schapen en lammeren symboliseren de kwetsbaarheid van het menselijk bestaan, de zwakheid van de op zichzelf staande mens.
Heb je me lief? Geef dan jezelf aan de weerlozen, de gekwetsten, de eenzamen. Heb je me lief? Verzamel dan de kreupelen en de verdwaalden, want we zijn één kudde, één mensenvolk dat verlangt naar vrede. We zijn mensen die niet gedijen bij sterke leiders, maar wel bij goede herders.
Tot slot is er de oproep “Volg mij”. We worden uitgenodigd om ons niet te laten overwoekeren door angst, maar ruimte te maken voor het geloof in de opstanding en om onze blik te richten op hoop. We kunnen dat, niet omdat we naïef zijn, maar omdat die weg leven geeft en omdat die weg een uitweg is uit ik-gerichtheid en onverschilligheid.