Zoek
Zoektip
Zoektip:
tik vb. Mt. 1,21-12
tik een specifieke zoekterm in (vb. engel)
Joh.1,47-51 (29/09/2025)
47 Jezus zag Natanaël naar zich toekomen
en zei over hem:
“Kijk! Een waarachtige Israëliet,
iemand wiens hart geen ongerechtigheid herbergt.” [Ps.32,2]
48 Natanaël vroeg hem:
“Vanwaar ken jij mij?”
Jezus antwoordde:
“Vóór Filippus je riep, toen je onder de vijgenboom zat,
zag ik jou!”
49 Nu zei Natanaël:
“Rabbi, jij bent de zoon van God,
jij bent de koning van Israël!”
50 Jezus antwoordde hem:
“Omdat ik je zei dat ik je zag onder de vijgenboom, geloof je?
Je zult grotere dingen dan deze zien!”
51 En hij zei:
“Amen, amen, ik zeg jullie:
Je zult de hemel geopend zien
en Gods engelen zien opklimmen en neerdalen
op de mensenzoon.”
Feest voor de aartsengelen vandaag. Sommigen dwepen met die engelen, anderen vinden het allemaal maar niks. Wat moeten we ervan denken? Jezus vernoemt ze effectief enkele keren. Maar net zomin als hij dat voor iets anders doet, geeft hij er een ‘leer’ over. Hij vernoemt ze gewoon als een evidentie.
Jezus was dan ook doortrokken van de Schrift – wat wij het ‘Oude Testament’ noemen – en daar komen die engelen inderdaad ook, op dezelfde vanzelfsprekende manier, voor. Meer dan eens is er sprake van dat “opklimmen en neerdalen”, of van het ‘weg en weer gaan’ tussen G-d en mens. Vandaar trouwens ook hun naam! ‘Engel’ komt van het Griekse ‘angeloi’, wat eigenlijk ‘boodschapper’ betekent, bode, zendeling.
De vleugeltjes zijn een menselijk fantasietje, omdat wij ons nu eenmaal de dingen fysiek willen voorstellen, fysiek als we zelf zijn. Maar dat G-d zijn mensen wil bereiken, en daar allerlei be-middel-ingen voor gebruikt, dat is een realiteit! Trek maar eens je ogen open, en je zult ‘engelen’ zien!