Verbonden Leven

Zoek

Zoektip

Zoektip:

tik vb. Mt. 1,21-12
tik een specifieke zoekterm in (vb. engel) 

Lc.24,35-48 (24/04/2025)

35    En zij vertelden wat er onderweg was gebeurd
       en hoe hij zich had laten kennen in het breken van het brood.
36    Terwijl ze dit aan het vertellen waren,
       kwam hijzelf in hun midden
       en zei hun: “Vrede voor jullie!”
37    Ze schrokken erg en werden bang
       omdat ze dachten een geest te zien.
38    Hij zei hun: “Waarom zijn jullie zo verward
       en waarom bekruipt zo’n twijfel jullie hart?
39    Kijk naar mijn handen en mijn voeten: Ik ben het zelf!
       Voel aan mij en kijk.
       Een geest heeft toch geen vlees en beenderen
       zoals jullie zien dat ik wel heb?”
40    En dit zeggende, toonde hij hun zijn handen en voeten.
41    Omdat zij door de vreugde en de verwondering
       nog steeds het moeilijk konden vertrouwen,
       zei hij hun: “Hebben jullie hier iets te eten?”
42    Ze gaven hem een stuk gebakken vis (en honingkoek).
43    Hij nam het en at het voor hun ogen op.
44    Daarna zei hij tegen hen:
       “Dit zijn de woorden die ik tot jullie sprak
       toen we nog samen waren:
       dat het ‘moet’ dat vervuld wordt wat over mij geschreven staat
       in de wet van Mozes, de profeten en de psalmen.”
45    Toen opende hij wijd hun verstand
       om de Schriften te bevatten.
46    En hij zei tegen hen:
       “Zo staat het geschreven en zo ‘moet’ het:
       Dat de Gezalfde [Christos] zou lijden
       en opstaan uit de doden op de derde dag,
47    en dat er in zijn Naam
       ommekeer verkondigd zou worden
       tot vrijmaking van zonden [verwijdering]
       voor alle volken, te beginnen met Jeruzalem.
48    En jullie zijn hiervan de getuigen [martyres].

Vreugde, ongeloof en verbazing zijn stemmingen die we niet direct in één adem noemen, ze lijken niet samen te gaan. Waarom zou vreugde tot ongeloof leiden? Lucas heeft deze paradoxale samenvoeging van vreugde, ongeloof en verbazing neergezet om weer te geven hoe ondersteboven de leerlingen waren. In vele vertalingen wordt er gesproken over leerlingen die ‘stomverbaasd’ waren, maar hier klinkt ‘verwonderd’ (wat dichter bij de oorspronkelijke tekst aanleunt). Verbazing gaat voorbij, maar verwondering blijft en kan steeds hernieuwd worden. Bij het Paasgebeuren past verwondering: steeds weer terugdenken aan lijden en dood, maar ook de aanwezigheid voelen van de man uit Nazareth. En vanuit de verwondering je leven veranderen.
Laten we daarom steeds opnieuw met verwondering het Paasgebeuren overdenken in het licht van psalmen, profeten en Tora en vol vertrouwen zingen: “Sta op. Vrees niet. Als een levende gaat hij je voor.”