Verbonden Leven

Zoek

Zoektip

Zoektip:

tik vb. Mt. 1,21-12
tik een specifieke zoekterm in (vb. engel) 

Joh.16,20-23 (30/05/2025)

20    Amen, amen, ik zeg jullie:
       Jullie zullen wenen en weeklagen,
       terwijl de wereld zich zal verheugen;
       jullie zullen in pijn zijn,
       maar je pijn zal tot vreugde worden.
21    Wanneer een vrouw baart,
       is zij in pijn als haar uur gekomen is,
       maar wanneer zij het kindje gebaard heeft,
       denkt zij niet meer aan de drukkende pijn
       door de vreugde dat er een mens ter wereld is gekomen.
22    Ook jullie zullen dus eerst wel pijn voelen,
       maar ik zal jullie terugzien
       en dan zal je hart verheugd zijn
       en die vreugde zal niemand van je kunnen afnemen.
23    Op die dag zul je mij niets meer hoeven te vragen.

Jezus wijst op een al even lastig als realistisch feit: Het behoort tot de natuur der dingen – zoals weeën een barende vrouw – dat wie waarachtig Jezusleerling wordt met nogal wat pijn zal te maken krijgen. Je zou daarbij vandaag kunnen denken aan de povere kerksituatie, maar misschien gaat het nog meer over de pijn áán de kerk. Dat is niet de pijn o.w.v. een voorbije uiterlijke gestalte van de kerk, maar de pijn omdat diezelfde kerk te weinig innerlijk Jezusleerling is en teveel ‘farizeïsch’ aan uiterlijkheden vasthoudt. Een andere, al even ‘natuurlijke’ pijn zal deze zijn omdat ‘de wereld’ het per definitie lastig heeft met wie waarachtig vanuit Goddelijke Liefde leeft. Goed wordt zeker niet altijd met goed beantwoord!
Maar tot dezelfde natuur der dingen – zoals weeën een barende vrouw – behoort ook dat deze pijn uiteindelijk tot vreugde zal worden! Dóórheen en ín de pijn zal zich iets laten zien wat eindeloos veel rijker en dieper, want Goddelijk, is.
Wie echter de pijn van de Jezusleerling niet aangaat, zal ook diens vreugde niet leren kennen …