Mt.18,(10-)12-14 (9/12/2025)
10 Let op dat je niet één van deze kleinen minacht.
Want ik zeg jullie:
Hun engelen in de hemelen aanschouwen voortdurend
het Gelaat van mijn Vader in de hemelen.
11 Want de mensenzoon is gekomen
om het verlorene te bevrijden.
12 Wat dunkt jullie?
Als iemand honderd schapen heeft
en één ervan is afgedwaald,
zal hij dan niet de negenennegentig op de bergen laten
en op zoek gaan naar het afgedwaalde?
13 En als hij het vindt
– amen, ik zeg jullie –
dan verblijdt hij zich over dan ene meer
dan over de negenennegentig die niet afdwaalden.
14 Zo is het de bedoeling van jullie Vader in de hemelen,
dat niet één van deze kleinen verloren gaat.
“Wat dunkt jullie?” Wat denken jullie écht? Is deze herder niet merkwaardig in zijn handelen? Vanuit menselijk oogpunt lijkt het toch verstandiger om één schaap uit de kudde te verliezen dan het risico te lopen er negenennegentig kwijt te raken door hen in de bergen achter te laten om het verloren schaap te zoeken? Maar zo denkt G-d niet. Hij is geen boekhouder, geen bedrijfsleider; Hij is een Vader. En het hart van een vader klopt anders.
Voor hem is het jongste kind het meest kostbaar … totdat het groot wordt.
Het meest afstandelijke … totdat het terugkeert.
Het verdrietige … totdat het weer kan lachen.
Het lijdende … totdat het getroost is.
Zo is G-d in Jezus op weg gegaan naar wie zich verloren voelde. Hij zocht hen op, één voor één, totdat hij hen gevonden had en hen nieuw leven kon schenken.
En wij? Durven wij te kijken met diezelfde zachtheid, vanuit die goddelijke logica van liefde? Dan zien we geen armen meer, geen wanhopigen of lijdenden … Dan zien we alleen een mens, een gezicht, een broer of zus die ons wordt toevertrouwd om te ontvangen, te omarmen en lief te hebben.

