Verbonden Leven

Zoek

Zoektip

Zoektip:

tik vb. Mt. 1,21-12
tik een specifieke zoekterm in (vb. engel) 

Lc.19,1-10 (19/11/2024)

     Nu ging hij Jericho binnen en trok erdoor.
     Kijk! Er was iemand die Zacheüs heette.
       Hij was hoofdtollenaar en een rijk man.
     Hij trachtte Jezus te zien, wie hij was,
       maar het lukte hem niet door de menigte,
       want hij was klein van gestalte.
     Hij rende vooruit
       en klom in een wilde vijgenboom
       om hem toch maar te zien,
       want Jezus zou daar langs komen.
     En toen hij op die plaats was,
       keek Jezus omhoog, zag hem, en zei tegen hem:
       “Zacheüs, haast je, kom omlaag,
       want vandaag moet ik in jouw huis verblijven.”
     Hij haastte zich omlaag te komen
       en ontving hem vol vreugde.
     Allen die dit zagen, morden nogal:
       “Hij is bij een zondaar binnengegaan
       om er te verblijven!”
     Maar Zacheüs ging voor de Heer staan en zei:
       “Ziehier, Heer, de helft van alles wat ik heb,
       zal ik aan de armen geven,
       en als ik iemand iets heb afgeperst,
       zal ik het viervoudig teruggeven.”
9     Nu zei Jezus tegen hem:
       “Vandaag is vrijmaking aan dit huis gebeurd.
       Ja, ook hij is een zoon van Abraham.
10    Want de mensenzoon is gekomen
       om te zoeken en vrij te maken
       wat verloren was.”

Bonhoeffer, de theoloog en verzetsstrijder die door de nazi’s werd vermoord, zei ooit: “Wie een mens veracht, zal nooit iets met hem kunnen beginnen. We moeten leren de anderen aan te zien, niet zozeer op hun doen en laten, maar op hun lijden.” Zo moet Jezus Zacheüs, de kleine man die zichzelf verachtte en gebukt ging onder het isolement van misprijzen, hebben aangezien. Jezus sprak hem aan op wie hij ten diepste was, op het zuiverste in hem. En Zacheüs liet zich aankijken. Hij liet zich raken en werd de mooie mens die hij in wezen was. Bevrijd kan hij nu van zichzelf delen en zorgt hij ervoor dat niemand nog te kort gedaan wordt.
Is het Jezus die deze verandering, deze bekering, bewerkstelligt? Of is het Zacheüs zelf die zijn keuze maakt en zijn leven voortaan over een heel andere boeg gooit? Het wonder van een intense ontmoeting, is nooit volledig te vangen. Maar één ding is zeker: uit een echte ontmoeting – het moment waarop je werkelijk gezien en gekend wordt – kom je altijd anders naar buiten dan toen je erin ging.

Lc.19,11-28 (20/11/2024)

11    Terwijl ze hiernaar luisterden,
       voegde hij er nog een gelijkenis aan toe,
       omdat hij dicht bij Jeruzalem was
       en men dacht dat het koninkrijk van God
       dan onmiddellijk openbaar zou worden:
12    “Iemand van hoge afkomst reisde naar een ver land
       om het koningschap te ontvangen
       en dan terug te keren.
13    Hij riep tien van zijn dienaren.
       Hij gaf hen elk een trimesterloon met de opdracht:
       Drijf daar handel mee totdat ik terugkom.
14    Zijn landgenoten echter haatten hem
       en zonden een gezantschap achterna om te zeggen:
       Wij willen niet dat deze man koning is over ons.
15    Toen hij nu terug kwam,
       na het koningschap ontvangen te hebben,
       liet hij de dienaren aan wie hij het geld had gegeven bij zich roepen
       om te weten wie wat verhandeld had.
16    De eerste kwam bij hem en zei:
       “Jouw trimesterloon heeft het tienvoudige voortgebracht.”
17    Hij zei tegen hem:
       “Uitstekend, goede dienaar,
       omdat je in het kleinste trouw bent geweest,
       zul je gezag hebben over tien steden.”
18    Toen kwam de tweede en zei:
       “Jouw trimesterloon heeft het vijfvoudige voortgebracht.”
19    Ook tegen hem zei hij:
       “Ook jij krijgt het over vijf steden.”
20    Nu kwam een ander en zei:
       “Ziehier jouw trimesterloon,
       ik heb het bewaard, verborgen in een doek.
21    Ik was bang, omdat je streng bent:
       je neemt wat je niet hebt gegeven,
       je oogst wat je niet hebt gezaaid.”
22    Tegen hem zei de heer:
       “Met je eigen woorden zal ik je oordelen, slechte dienaar.
       Je meende dat ik een streng mens ben,
       die neemt wat ik niet heb gegeven
       en oogst wat ik niet heb gezaaid.
23    Waarom heb je mijn geld dan niet bij de bank gegeven,
       zodat ik het bij mijn terugkomst met rente kon terugvorderen?”
24    Nu zei hij tegen de omstaanders:
       “Neem dat trimesterloon van hem af
       en geef het aan wie er tien heeft.”
25    Ze zeiden verbaasd: “Maar heer, hij heeft er al tien!”
26    Ik zeg jullie:
       “Aan al wie heeft, zal gegeven worden,
       en van al wie niet heeft, zal zelfs wat hij heeft weggenomen worden.
27    En daarnaast: Die vijanden,
       die niet wilden dat ik koning over hen ben,
       breng ze hier en slacht ze voor mijn ogen af.”
28    Hierna trok hij verder naar Jeruzalem.

Meestal lezen we deze parabel als een zelfstandig verhaal. Dat kan, maar dan vergeten we toch de context waarin Jezus die eigenlijk vertelt. Die staat letterlijk te lezen aan het begin: “Omdat men dacht dat het koninkrijk van God onmiddellijk openbaar zou worden.”
Eindtijdverwachtingen – die zijn er altijd geweest – roepen verwarring en angst op. Men weet niet hoe ermee om te gaan, en dat leidt vaak tot een verlamming, en zelfs verdoving: uit angst doet men maar niets, en om dat te verantwoorden doet men alsof er niets aan de hand is. Dit staat te lezen in de parabel (de derde dienaar), maar is even goed om je heen te zien. Hoe wanhopiger mensen worden, hoe meer ze zich opsluiten in hun cocon en zichzelf verstoppen.
Jezus’ parabel gaat daar lijnrecht tegenin. “Kom in actie! Doe iets! Bouw aan de wereld! Laat je niet verlammen. De komst van ‘het koninkrijk van G-d’ ligt mee in jouw handen!” En de bouwstenen daarvoor worden ons in de handen gelegd.
In onze eigen verwarrende tijden, zullen we de angst ons laten verlammen, of zullen wij aan de slag gaan?

Lc.19,41-44 (21/11/2024)

41    Toen Jezus al dichtbij was en de stad zag,
       weende hij over haar:
42    “Als je toch maar zou inzien,
       ook vandaag nog,
       wat je vrede kan brengen …
       Nu is het verborgen voor je ogen:
43    Er zullen dagen over jou komen
       waarop je vijanden een wal om je heen zullen werpen,
       je zullen omsingelen en langs alle kanten inklemmen.
44    Ze zullen jou en je kinderen verpletteren,
       geen steen zullen ze op de andere laten,
       omdat je niet hebt ingezien
       het goede moment waarop naar jou werd omgezien.”

Waarom zijn mensen toch zo hardleers? – Dat was blijkbaar in Jezus’ tijd zo, maar is het nu anders? Mensen, hele steden en volken, gaan wegen die onheilzaam zijn en hen eigenlijk geleidelijk aan in het verderf storten. Het is te zien … maar ze zien het niet!
Er zijn veel verschillende reacties mogelijk op zo’n situatie. Veruit de meest ‘gekozen’ reactie is een bang en krampachtig het eigen hachje redden en zich opsluiten in een vermeend veilige cocon: “Het zal mijn tijd wel duren.” Daarnaast heb je ijverige wereldverbeteraars, onheilsprofeten en doemdenkers van allerlei soort. Door de eersten worden zij meestal de mond gesnoerd, omdat die boodschap hun cocon doorprikt. En – we moeten eerlijk zijn – het is inderdaad soms ook zo dat die ‘onheilsprofetieën’ té ver gaan. Dat is dan wellicht met de goeie bedoeling opdat er éindelijk zou geluisterd worden, maar heeft meestal het omgekeerde effect.
Hoe komen we bij een juistere houding, een die zich niet opsluit, maar zich ook niet overpakt? Kijken we naar Jezus: Hij weende …! Verdriet, uitgaande van een diepe liefde, om de mensen zal de juiste drijfveer zijn …

Lc.19,45-48 (22/11/2024)

45    Hij ging binnen in de tempel
       en begon de kopers en verkopers buiten te drijven:
46    “Er is geschreven:
       Mijn huis zal een huis van gebed zijn [Jes.56,7],
       maar jullie hebben er een rovershol van gemaakt!”
47    Elke dag gaf hij onderricht in de tempel.
       De tempeloversten en de schriftgeleerden zochten hem te doden,
       zo ook de leiders van het volk,
48    maar zij vonden niet wat ze konden doen,
       want heel het volk hing aan zijn lippen.

Weer een voorbeeld van hoe iemand die alleen maar goed doet en waarheid spreekt, toch heel veel weerstand krijgt. Ook dat blijkt helaas een ‘menselijk’ fenomeen van alle tijden te zijn.
Vreemd toch: De ‘schriftgeleerden’ konden hem op geen enkele fout vangen, en omgekeerd getuigt de bijval door het volk ervan dat hij goede en ware dingen zegt. Waarom hem dan willen doden?
Waarheid en goedheid zijn confronterend. Ze leggen onze on-waarheid en on-goedheid bloot, niet noodzakelijk als een veroordeling, maar niettemin pijnlijk duidelijk. En daar houden we uiteraard niet van. Liever liquideren we de boodschapper dan ons eigen leven te veranderen.
Heb je gemerkt dat hier geruisloos overgegaan is van het Bijbelverhaal naar óns verhaal? We zijn nogal geneigd dat soort gedrag in de schoenen van de ‘schriftgeleerden en farizeeën’ te leggen. Maar wat zullen wij / wat zal ík doen als Jezus over ‘de tempel van mijn lichaam’ (=zijn woonplaats!) zegt dat het een huis van gebed zou moeten zijn, terwijl ik er een rovershol van heb gemaakt?

Lc.21,20-28 (28/11/2024)

20    “Wanneer jullie zien
       dat Jeruzalem door legerkampen omsingeld wordt,
       weet dan dat haar verwoesting nabij is.
21    Laat dan wie in Judea is,
       vluchten naar de bergen,
       wie in de stad is,
       naar buiten vluchten,
       en wie in de velden is,
       niet de stad binnengaan.
22    Want dit zijn dagen van voltrekking van het vonnis,
       tot vervulling van wat geschreven is.
23    Wee de zwangeren en zogenden in die dagen,
       want er zal grote nood zijn in het land
       en woede over dit volk.
24    Ze zullen gedood worden door het zwaard,
       gevangen weggevoerd naar alle volken
       en Jeruzalem zal door de volken vertrapt worden,
       tot hun tijd vervuld is.”
25    Er zullen tekenen zijn aan zon, maan en sterren,
       op het land benauwdheid en radeloosheid bij de volken
       en geraas van zeeën en golven. [Ps.65,8]
26    Angst zal de mensen de adem benemen
       om wat ze denken dat wereld zal overkomen,
       want de krachten van het universum worden aan het wankelen gebracht.
27    En dan zullen ze de mensenzoon zien komen op een wolk,
       met stuwkracht en grote heerlijkheid.
28    Als deze dingen nu beginnen te gebeuren,
       richt je op en hef je hoofden omhoog,
       want jullie vrijmaking is nabij!”

Een stad (Jeruzalem) is de plaats waar chaos als eerste zichtbaar zal worden. Jeruzalem, het geloofscentrum bij uitstek, zal op z’n grondvesten daveren. Het is heel menselijk om angstig toe te kijken wanneer grote instituten instorten of wanneer de kracht van grote verhalen afneemt, zonder te weten wat er gedaan moet worden. De adem stokt, en angst wordt de leidraad voor het (niet) handelen. Alles waar men op vertrouwde lijkt weggevaagd te worden, en iets nieuws is niet meteen in zicht.
Wanneer we ons in zulke situaties bevinden, is het belangrijk om rechtop te blijven en onze focus op G-d te houden. Tussen de brokstukken van wat ooit is geweest en de leegte die nu rest, komt hij aanwezig. Het oude zál teloorgaan, met alle pijn en ellende die dat meebrengt, maar het nieuwe komt. Het nieuwe zal zich uiteindelijk realiseren en ons vrij maken. Daar mogen we op vertrouwen.

Lc.21,29-33 (29/11/2024)

29    Nu vertelde hij hen [zijn leerlingen] een gelijkenis:
       “Kijk naar de vijgenboom,
       en alle bomen.
30    Wanneer jullie zien dat zij beginnen te ontspruiten,
       weet je uit jezelf dat de zomer dichtbij is.
31    Zo moeten jullie ook,
       wanneer je deze dingen ziet gebeuren,
       weten dat het koninkrijk van God dichtbij is.
32    Jazeker, ik zeg jullie:
       Deze generatie zal niet voorbijgaan
       totdat al deze dingen gebeuren.
33    Hemel en aarde zullen voorbijgaan,
       maar mijn woorden gaan nooit voorbij.”

De aarde lijkt in verwarring, en de klimaatverandering toont ons de spiegel van onze eigen acties. We zijn de verbinding met de natuur verloren. We kunnen ervoor kiezen om dit te negeren en onze eigen weg te blijven volgen, maar we kunnen ook opnieuw luisteren naar wat de natuur ons te zeggen heeft en zo de aarde helen. Milieuactivisten wijzen ons hier al langere tijd op en proberen iedereen te overtuigen om anders – milieubewust – te gaan leven.
Als we vandaag naar Jezus’ woorden luisteren, zien we dat ditzelfde geldt voor ons geloof. Hoe meer wij ons verbinden met G-d en zijn Woord, hoe meer we van hem te horen krijgen en hoe beter we de tekenen van de tijd zullen begrijpen. Ook hier kunnen wij ervoor kiezen om zijn Woord te negeren, of we kunnen ons ermee te verbinden. Welk van de twee wegen wij kiezen zal zichtbaar zijn in de manier waarop we met elkaar omgaan. Het ene zal ons ego vergroten, het andere zal ons samen-leven dichter bij G-d brengen. Durven wij net zo vastberaden op te opkomen voor zijn Woord als de milieuactivisten voor de natuur?