Verbonden Leven

Zoek

Zoektip

Zoektip:

tik vb. Mt. 1,21-12
tik een specifieke zoekterm in (vb. engel) 

Mt.7,21.24-27 (2/12/2021)

“Niet iedereen die “Heer, Heer!” tegen mij zegt, zal binnengaan in het koninkrijk der hemelen, maar wie de wil doet van mijn Vader.
Iedereen die mijn woorden hoort en ze doet, is te vergelijken met een verstandig man die zijn huis bouwde op de rots. De regen sloeg neer, de rivieren zwollen op, de winden raasden en beukten op dat huis, maar het stortte niet in, want het was gegrondvest op de rots.
Maar iedereen die mijn woorden hoort en ze niet doet, is te vergelijken met een verdwaasde die zijn huis bouwde op het zand. De regen sloeg neer, de rivieren zwollen op, de winden raasden en beukten op dat huis, maar het stortte in, zodat het helemaal verwoest werd.”

Een – terecht! – mooi en geliefd verhaal. Ook de boodschap is eigenlijk duidelijk: Woorden zijn één ding, daden een ander. En als het erop aan komt, dan zijn de daden toch belangrijker dan de woorden.
Simpel toch?
Ja! – Dus … doen!
Wel nog even ter precisering dit: Om dan te weten wát ik moet doen, moet ik niet luisteren naar mijn éigen woorden, maar naar die van Jezus! …

Mt.10,7-15 (13/07/2023 )

7      Ga en verkondig:
       Het koninkrijk der hemelen is nabij gekomen.
8      Heel de verzwakten, reinig de melaatsen,
       wek de doden op, verdrijf de demonen.
       Voor niets heb je ontvangen,
       voor niets moet je geven.
     Neem geen goud mee,
       geen zilver of koper in je gordel,
10    geen reiszak, geen extra kleren,
       geen sandalen en geen stok,
       want ‘wie werkt is zijn voedsel waard’.
11     In welke stad of dorp je ook binnenkomt,
       onderzoek wie het daar waard is
       en blijf daar dan tot je er weggaat.
12    Als je in een huisgezin binnenkomt,
       groet hen [= zegen hen met vrede].
13    Als zij het waard zijn,
       zal je vrede over hen komen,
       maar als zij het niet waard zijn,
       laat dan je vrede over jezelf terugkeren.
14    Als men je niet verwelkomt
       en niet luistert naar je woorden,
       ga dan weg uit dat huis of die stad
       en schud het stof van je voeten.
15    Amen, ik zeg jullie:
       Voor het land van Sodom en Gomorra
       zal het op de dag van het oordeel
       draaglijker zijn dan voor die stad.”

Wij worden geroepen en gezonden om op weg te gaan en te verkondigen – net als de twaalf bij aanvang. We worden gezonden met een heel concrete, ’eenvoudige’ opdracht en met enkele tips voor onderweg.
De opdracht: Leef een leven dat niet van-zelf-sprekend is maar laat G-d spreken. Maak mensen héél en heb de wereld lief. Eenvoudiger kan het niet. Je hoeft eigenlijk niets te doen, alleen maar een doorstroomkanaal zijn waarlangs de goddelijke liefde kan stromen.
De tips voor onderweg: Reis licht, bewandel de weg van de eenvoud, de openheid en het vertrouwen. Wees flexibel en beschikbaar. Laat je niet opjagen als je ergens niet welkom bent. Vertrek gewoon, ga steeds verder en schud alles wat eventueel aan je blijft kleven van je af.
Zo eenvoudig is het: Leef voluit en laat je bewegen door de a/Ander. Leef-IN-vertrouwen en ga in alle vrijheid de wereld tegemoet en laat de wereld vrij om net zo te doen. Liefde kan je immers niet afdwingen, dat is een vrije keuze zowel van jou als van de ander.

Mt.15,1-2.10-14 (03/08/2021)

Vanuit Jeruzalem kwamen nu schriftgeleerden en farizeeën naar Jezus en vroegen: “Waarom overtreden jouw leerlingen de traditie van de oudsten? [presbyteroi] Zij wassen immers niet hun handen wanneer zij het brood eten.”
Hij riep nu de menigte bij zich en zei hen: “Luister, en kom tot begrip. Niet wat binnengaat in de mond ontwijdt de mens, [maakt hem ‘ordinair’] maar wat uit zijn mond naar buiten komt, ontwijdt de mens.”
Toen zijn leerlingen bij hem kwamen, zeiden ze hem: “Weet je dat de farizeeën die je woorden hoorden er aanstoot aan namen?” [zich geschandaliseerd voelden] Hij antwoordde hierop: “Elke plant die niet geplant werd door mijn hemelse Vader, zal uitgerukt worden. Laat hen dus! Het zijn blinden die de weg wijzen aan blinden. Als nu de ene blinde de weg wijst aan de andere, zullen beide in een kuil vallen.”

Wat is ‘rein’? Wat is ‘onrein’? Wij gebruiken die termen niet meer zo, en denken dan misschien ten onrechte dat dit een kwestie is die alleen een dispuut is uit de tijd van Jezus.
Bij de vraag: Wat ontwijdt de mens?, komen we misschien al een beetje dichterbij. Nog duidelijker wordt het als je nog letterlijker vertaalt: Wat maakt hem ‘gewoon’ (maar dan in de heel negatieve betekenis: plat, gemeen, ‘ordinair’). Of – in de termen zoals wij ze hier in deze commentaren meer dan eens tegenkomen: Wat richt mij ‘op de aarde/het aardse’, of wat richt mij op G-d?
En dan wordt het duidelijk dat wat ik eet, daar niet toe doet! Wat ik spreek daarentegen …
En ook hoe ik mijn oog helder hou. Want hoe kan ik anders met mensen op weg richting G-d als ik zelf (ver)blind geraakt ben …?

 

Mt.6,1-6.16-18 (2/03/2022)

Hoed je ervoor je integriteit [gerechtigheid] niet te doen voor de mensen, zodat je zou gezien zijn door hen. Want dan vind je geen vergoeding bij je Vader in de hemel.
Wanneer je dus [een daad van] tederheid doet, bazuin dat dan niet voor je uit zoals de huichelaars [hypocritai, voorbij het oordeel] doen in de plaatsen van samenkomst [synagoge] en op straat, om door de mensen geëerd te worden.
Zeker, ik zeg jullie: Ze hebben hun loon al!
Maar als jij [een daad van] tederheid doet, moet je linkerhand niet weten wat je rechter doet, zodat je [daad van] tederheid in het verborgene blijft. En je Vader die in het verborgene ziet, zal je vergoeden.
En wanneer je bidt, wees dan niet zoals de huichelaars. Zij houden ervan te staan bidden in de synagogen en op de hoeken van de straten om zich te tonen aan de mensen.
Zeker, ik zeg jullie: Ze hebben hun loon al!
Maar als jij bidt, ga dan in je binnenkamer, sluit de deur en bid tot je Vader die in het verborgene is. En je Vader die in het verborgene ziet, zal je vergoeden.
En wanneer je vast, zet dan geen somber gezicht, zoals de huichelaars. Zij maken hun gezicht ontoonbaar om de mensen te tonen dat ze vasten.
Zeker, ik zeg jullie: Ze hebben hun loon al!
Maar als jij vast, zalf dan je hoofd en was je gezicht om je niet als vastende te tonen aan de mensen, maar aan je Vader in het verborgene. En je Vader die in het verborgene ziet, zal je vergoeden.

Aswoensdag, het begin van veertigdagen ‘tijd’. Tijd om met aandacht en toewijding te naderen tot Pasen en een kans om toegewijder en aandachtiger te leven.
Veertigdagen-tijd om intenser contact te maken met de hoogte en de diepte in mezelf, m’n relaties, m’n bezigheden. Tijd om contact te maken met de stilte, met G-d, en daarbij kunnen symbolen mij aardig op weg helpen. Wat doet een symbool anders dan vanuit zijn concrete zintuiglijkheid verwijzen naar wat mijn zintuigen te boven gaat? Wat doet het anders dan tastbaar maken wat eigenlijk niet aan te raken of te betasten is?
Vandaag beginnen we de veertigdagentijd met as, dat wat overblijft na verbranding. As roept een sfeer op van vergankelijkheid, verlies en van rouw maar ook van wedergeboorte (feniks die oprijst uit zijn as) en overgang naar nieuw, naar anders leven.
Wie zichzelf vandaag met as zal tekenen mag zich deel weten van een traditie met heel verre, oude wortels. Zichzelf de as opleggen is een sterk teken stellen. Het is opstaan en zeggen:
Hier ben ik,
Wie ik maar ben
Wie ik toch ben
Maak mij wie ik echt ben.

Lees meer over aswoensdag in het artikel: GEDENK, O MENS, DAT GIJ STOF EN AS ZIJT

Mt.10,16-23 (14/07/2023)

16    “Kijk, ik zend jullie uit
       als schapen temidden van wolven.
       Wees dus schrander als slangen
       en een-voudig als duiven.
17    En pas op voor de mensen!
       Want ze zullen jullie overleveren aan gerechtshoven
       en jullie geselen in hun samenkomsten [synagoge].
18    Je zult voor stadhouders en koningen geleid worden
       omwille van mij,
       tot getuigenis voor hen en voor de volken.
19    Wanneer ze echter jullie overleveren,
       wees dan niet gezorgd over hoe of wat je moet zeggen,
       want op dat uur
       zal wat je te zeggen hebt
       je gegeven worden,
20    want niet jullie zijn het die dan spreken,
       maar het is de Geest van de Vader die in jullie spreekt.
21    Een broer zal een broer uitleveren ter dood,
       een vader een kind,
       kinderen zullen opstaan tegen hun ouders en hen doden;
22    je zult door allen gehaat worden
       omwille van mijn naam;
       maar wie standvastig blijft ten einde toe,
       zal bevrijd worden.
23    Wanneer ze je in die stad vervolgen,
       vlucht naar een andere.
       Amen, ik zeg jullie:
       Je zult met de steden van Israël niet ten einde zijn
       voordat de mensenzoon komt!”

De twaalf worden uitgezonden, maar eerst worden ze gebriefd. Deze briefing is zeer nuchter, om niet te zeggen ont-nuchterend. Jezus voorspelt geen probleemloos leven. Hij waarschuwt voor ‘de mensen’ en zendt hen uit als schapen temidden van wolven.
De vraag is: hoe blijf je, als schaap midden onder wolven, overeind? Word je dan niet binnen de kortste keren onder de voet gelopen, gekwetst, doodgebeten, …? Niet als je leeft als een slang (schrander of taai) én als een duif (eenvoudig), zegt Jezus.
Zonder ‘slangenhouding’ (weten wat je doet en doordacht handelen) ben je een gemakkelijke prooi voor wolven … maar zonder een constante reminder dat het uiteindelijk gaat om eenvoud, om ‘met mensen mens te worden’ (teder, eenvoudig van hart) … lukt het ook niet. Je hebt ze dus allebei tegelijkertijd nodig. En als je zo standvastig blijft doorgaan, zal je bevrijd worden. Het zal dus niet voor niets geweest zijn. En je mag gerust zijn: als je zo de wereld intrekt, hoef je niet bezorgd te zijn over wat je moet zeggen of doen: het zal je gegeven worden.

Mt. 10,22-25a (2/05/2023)

22     “Je zult door allen gehaat worden
       omwille van mijn naam;
       maar wie standvastig blijft ten einde toe,
       zal bevrijd worden.
23    Wanneer ze je in die stad vervolgen,
       vlucht naar een andere.
       Amen, ik zeg jullie:
       Je zult met de steden van Israël niet ten einde zijn
       voordat de mensenzoon komt!”
24    Een leerling staat niet boven zijn meester,
       een knecht niet boven zijn heer.
25    Het is voldoende voor de leerling
       als hij wordt zoals zijn meester,
       en voor de knecht zoals zijn heer.”

Nóg eens een kerkleraar – maar ik verzeker je, er zijn er echt niet veel van (een 35-tal in de hele kerkgeschiedenis)! Maar ze hebben ons nu eenmaal veel te vertellen. Als je iets van hun geschriften kunt lezen (bv uit te lenen in onze bibliotheek), is dat altijd de moeite. In de Evangeliestukken die gekozen worden voor hun viering lezen we ook essentiële levenshoudingen voor wie diep in ons christelijk geloof wil doordringen.
Hier klinkt het bedrieglijk simpel: “Een leerling staat niet boven zijn meester.” Maar de consequenties daarvan zijn nogal verstrekkend als die meester bespot en gehaat werd en uiteindelijk zijn alleen maar goede boodschap met zijn leven moest bekopen! Wie écht de meester wil volgen, moet zich dus verwachten aan ernstige tegenkanting. Volgens tijd en plaats kan die vele vormen aannemen – misschien net op een wijze die ik niet verwacht.
Hoe ver zal ík gaan in mijn leerlingschap? Athanasius werd meerdere keren verbannen uit zijn woonplaats …