Verbonden Leven

Zoek

Zoektip

Zoektip:

tik vb. Mt. 1,21-12
tik een specifieke zoekterm in (vb. engel) 

Mt.9,27-31 (2/12/2022)

Toen Jezus van daar vertrok [van het huis van de overste van de synagoge van Kafarnaum], volgden twee blinden hem. Ze schreeuwden: “Ontferm je over ons, zoon van David!” Thuis gekomen, kwamen de blinden bij hem en Jezus vroeg hen: “Vertrouwen jullie dat ik de geestkracht heb dit te doen?” Ze antwoordden: “Ja, Heer!” Toen raakte hij hun ogen aan en zei: “Het gebeure naar jullie vertrouwen.” En hun ogen werden geopend.
Jezus beval hen streng: “Let op dat niemand het te weten komt!” Maar eens buiten maakten ze hem in de hele omgeving bekend.

Stel dat Jezus ons vraagt: “Vertrouw je dat ik de geestkracht heb om jou te genezen?” Spontaan zeggen we vermoedelijk 'ja', en waarschijnlijk terecht. Maar zijn we ons ook bewust van de inhoud van dit antwoord? Want eigenlijk zeggen we: 'Ja, ik geloof, ik vertrouw me aan jou toe, ik geef me over aan G-ds Liefde'.
Dat is nogal wat. G-ds liefde daad-werkelijk beleven en leven heeft namelijk verregaande consequenties. Gelukkig is geloven niet louter mensenwerk. In wezen is geloven zelfs op de eerste plaats gave; door G-d gegeven. Wij kunnen maar geloven omdat G-d deze gave in ons legt. Aan ons om er voor open te staan, ernaar te verlangen, ons te laten opnemen in die goddelijke Liefde. Niet om in haar verstrikt te raken, maar juist om diep bevrijd te worden van ons verblinde ik dat leeft vanuit en rond zichzelf. Zo kunnen onze ogen geopend worden en zullen we zien.

Mt.9,35-38 (27/09/2024)

35 Jezus trok rond langs alle steden en dorpen.
Hij gaf onderricht in hun plaatsen van samenkomst [synagoge]
en verkondigde het bevrijdende nieuws
van het koninkrijk
en hij heelde elke ziekte en elke zwakte onder het volk.
36 Toen hij de menigte echter overzag,
werd hij diep innerlijk bewogen om hen,
omdat ze opgejaagd en krachteloos waren,
als schapen zonder herder.
37 Hij zei tegen zijn leerlingen:
“De oogst is wel overvloedig,
maar arbeiders zijn er weinig.
38 Vraag daarom aan de heer van de oogst
dat hij arbeiders uitstuurt in zijn oogst.”

Christenen de tijden door, zijn op hun mooist en krachtigst geweest waar ze dit Evangelie met durf probeerden waar te maken. Het ‘bevrijdende nieuws’ brachten ze door vanuit hun innige verbondenheid met G-d, hun mede-mensen te zien en er daad-werkelijk om bekommerd te zijn. Met de ogen (en het hart) van het Evangelie keken ze naar de wereld om zich heen, en zagen daardoor de noden van mensen, vaak net daar waar ‘de maatschappij’ ze niet zag, of niet wilde zien.
‘Monsieur Vincent de Paul’ was één van de velen die zo in het leven stonden en zijn ‘innerlijke bewogenheid’ omzette in krachtige daden van menslievendheid. In zijn spoor is er een hele beweging ontstaan die hetzelfde probeerde, want ja, “de oogst is overvloedig”.
Er zouden in de geschiedenis véél zo’n voorbeelden aan te wijzen zijn. Telkens gaven ze nieuwe levensadem aan de hele kerkgemeenschap, net omdat ze zo met de kern van ons geloof bezig zijn.
Misschien ben ik te kritisch als ik zeg dat er vandaag misschien maar moeizaam en beperkt voorbeelden daarvan te vinden zijn. Zijn we niet teveel op onszelf teruggeplooid geraakt?
Of misschien raken we straks wel hoopvol, omdat we merken dat sommigen van ons óók deze woorden ernstig nemen …?

Mt.7,21.24-27 (2/12/2021)

“Niet iedereen die “Heer, Heer!” tegen mij zegt, zal binnengaan in het koninkrijk der hemelen, maar wie de wil doet van mijn Vader.
Iedereen die mijn woorden hoort en ze doet, is te vergelijken met een verstandig man die zijn huis bouwde op de rots. De regen sloeg neer, de rivieren zwollen op, de winden raasden en beukten op dat huis, maar het stortte niet in, want het was gegrondvest op de rots.
Maar iedereen die mijn woorden hoort en ze niet doet, is te vergelijken met een verdwaasde die zijn huis bouwde op het zand. De regen sloeg neer, de rivieren zwollen op, de winden raasden en beukten op dat huis, maar het stortte in, zodat het helemaal verwoest werd.”

Een – terecht! – mooi en geliefd verhaal. Ook de boodschap is eigenlijk duidelijk: Woorden zijn één ding, daden een ander. En als het erop aan komt, dan zijn de daden toch belangrijker dan de woorden.
Simpel toch?
Ja! – Dus … doen!
Wel nog even ter precisering dit: Om dan te weten wát ik moet doen, moet ik niet luisteren naar mijn éigen woorden, maar naar die van Jezus! …

Mt.10,7-15 (13/07/2023 )

7      Ga en verkondig:
       Het koninkrijk der hemelen is nabij gekomen.
8      Heel de verzwakten, reinig de melaatsen,
       wek de doden op, verdrijf de demonen.
       Voor niets heb je ontvangen,
       voor niets moet je geven.
     Neem geen goud mee,
       geen zilver of koper in je gordel,
10    geen reiszak, geen extra kleren,
       geen sandalen en geen stok,
       want ‘wie werkt is zijn voedsel waard’.
11     In welke stad of dorp je ook binnenkomt,
       onderzoek wie het daar waard is
       en blijf daar dan tot je er weggaat.
12    Als je in een huisgezin binnenkomt,
       groet hen [= zegen hen met vrede].
13    Als zij het waard zijn,
       zal je vrede over hen komen,
       maar als zij het niet waard zijn,
       laat dan je vrede over jezelf terugkeren.
14    Als men je niet verwelkomt
       en niet luistert naar je woorden,
       ga dan weg uit dat huis of die stad
       en schud het stof van je voeten.
15    Amen, ik zeg jullie:
       Voor het land van Sodom en Gomorra
       zal het op de dag van het oordeel
       draaglijker zijn dan voor die stad.”

Wij worden geroepen en gezonden om op weg te gaan en te verkondigen – net als de twaalf bij aanvang. We worden gezonden met een heel concrete, ’eenvoudige’ opdracht en met enkele tips voor onderweg.
De opdracht: Leef een leven dat niet van-zelf-sprekend is maar laat G-d spreken. Maak mensen héél en heb de wereld lief. Eenvoudiger kan het niet. Je hoeft eigenlijk niets te doen, alleen maar een doorstroomkanaal zijn waarlangs de goddelijke liefde kan stromen.
De tips voor onderweg: Reis licht, bewandel de weg van de eenvoud, de openheid en het vertrouwen. Wees flexibel en beschikbaar. Laat je niet opjagen als je ergens niet welkom bent. Vertrek gewoon, ga steeds verder en schud alles wat eventueel aan je blijft kleven van je af.
Zo eenvoudig is het: Leef voluit en laat je bewegen door de a/Ander. Leef-IN-vertrouwen en ga in alle vrijheid de wereld tegemoet en laat de wereld vrij om net zo te doen. Liefde kan je immers niet afdwingen, dat is een vrije keuze zowel van jou als van de ander.

Mt.15,1-2.10-14 (03/08/2021)

Vanuit Jeruzalem kwamen nu schriftgeleerden en farizeeën naar Jezus en vroegen: “Waarom overtreden jouw leerlingen de traditie van de oudsten? [presbyteroi] Zij wassen immers niet hun handen wanneer zij het brood eten.”
Hij riep nu de menigte bij zich en zei hen: “Luister, en kom tot begrip. Niet wat binnengaat in de mond ontwijdt de mens, [maakt hem ‘ordinair’] maar wat uit zijn mond naar buiten komt, ontwijdt de mens.”
Toen zijn leerlingen bij hem kwamen, zeiden ze hem: “Weet je dat de farizeeën die je woorden hoorden er aanstoot aan namen?” [zich geschandaliseerd voelden] Hij antwoordde hierop: “Elke plant die niet geplant werd door mijn hemelse Vader, zal uitgerukt worden. Laat hen dus! Het zijn blinden die de weg wijzen aan blinden. Als nu de ene blinde de weg wijst aan de andere, zullen beide in een kuil vallen.”

Wat is ‘rein’? Wat is ‘onrein’? Wij gebruiken die termen niet meer zo, en denken dan misschien ten onrechte dat dit een kwestie is die alleen een dispuut is uit de tijd van Jezus.
Bij de vraag: Wat ontwijdt de mens?, komen we misschien al een beetje dichterbij. Nog duidelijker wordt het als je nog letterlijker vertaalt: Wat maakt hem ‘gewoon’ (maar dan in de heel negatieve betekenis: plat, gemeen, ‘ordinair’). Of – in de termen zoals wij ze hier in deze commentaren meer dan eens tegenkomen: Wat richt mij ‘op de aarde/het aardse’, of wat richt mij op G-d?
En dan wordt het duidelijk dat wat ik eet, daar niet toe doet! Wat ik spreek daarentegen …
En ook hoe ik mijn oog helder hou. Want hoe kan ik anders met mensen op weg richting G-d als ik zelf (ver)blind geraakt ben …?

 

Mt.6,1-6.16-18 (2/03/2022)

Hoed je ervoor je integriteit [gerechtigheid] niet te doen voor de mensen, zodat je zou gezien zijn door hen. Want dan vind je geen vergoeding bij je Vader in de hemel.
Wanneer je dus [een daad van] tederheid doet, bazuin dat dan niet voor je uit zoals de huichelaars [hypocritai, voorbij het oordeel] doen in de plaatsen van samenkomst [synagoge] en op straat, om door de mensen geëerd te worden.
Zeker, ik zeg jullie: Ze hebben hun loon al!
Maar als jij [een daad van] tederheid doet, moet je linkerhand niet weten wat je rechter doet, zodat je [daad van] tederheid in het verborgene blijft. En je Vader die in het verborgene ziet, zal je vergoeden.
En wanneer je bidt, wees dan niet zoals de huichelaars. Zij houden ervan te staan bidden in de synagogen en op de hoeken van de straten om zich te tonen aan de mensen.
Zeker, ik zeg jullie: Ze hebben hun loon al!
Maar als jij bidt, ga dan in je binnenkamer, sluit de deur en bid tot je Vader die in het verborgene is. En je Vader die in het verborgene ziet, zal je vergoeden.
En wanneer je vast, zet dan geen somber gezicht, zoals de huichelaars. Zij maken hun gezicht ontoonbaar om de mensen te tonen dat ze vasten.
Zeker, ik zeg jullie: Ze hebben hun loon al!
Maar als jij vast, zalf dan je hoofd en was je gezicht om je niet als vastende te tonen aan de mensen, maar aan je Vader in het verborgene. En je Vader die in het verborgene ziet, zal je vergoeden.

Aswoensdag, het begin van veertigdagen ‘tijd’. Tijd om met aandacht en toewijding te naderen tot Pasen en een kans om toegewijder en aandachtiger te leven.
Veertigdagen-tijd om intenser contact te maken met de hoogte en de diepte in mezelf, m’n relaties, m’n bezigheden. Tijd om contact te maken met de stilte, met G-d, en daarbij kunnen symbolen mij aardig op weg helpen. Wat doet een symbool anders dan vanuit zijn concrete zintuiglijkheid verwijzen naar wat mijn zintuigen te boven gaat? Wat doet het anders dan tastbaar maken wat eigenlijk niet aan te raken of te betasten is?
Vandaag beginnen we de veertigdagentijd met as, dat wat overblijft na verbranding. As roept een sfeer op van vergankelijkheid, verlies en van rouw maar ook van wedergeboorte (feniks die oprijst uit zijn as) en overgang naar nieuw, naar anders leven.
Wie zichzelf vandaag met as zal tekenen mag zich deel weten van een traditie met heel verre, oude wortels. Zichzelf de as opleggen is een sterk teken stellen. Het is opstaan en zeggen:
Hier ben ik,
Wie ik maar ben
Wie ik toch ben
Maak mij wie ik echt ben.

Lees meer over aswoensdag in het artikel: GEDENK, O MENS, DAT GIJ STOF EN AS ZIJT