Zoek
Zoektip
Zoektip:
tik vb. Mt. 1,21-12
tik een specifieke zoekterm in (vb. engel)
Mt.17,10-13 (16/12/2023)
10 Zijn leerlingen vroegen aan Jezus:
“Waarom zeggen de schriftgeleerden
dat Elia eerst moet komen?”
11 Hij antwoordde hen:
“Ja, Elia zal eerst komen en alles herstellen. [Mal.3,24]
12 Maar ik zeg jullie:
Elia ís al gekomen,
maar ze hebben hem niet herkend
en met hem gedaan wat ze wilden.
Zo zal ook de mensenzoon lijden door hen.”
13 Toen begrepen de leerlingen
dat hij hen over Johannes de doper sprak.
Zoals in het Oude Testament beschreven staat (2Kon.2,11), verdwijnt de profeet Elia in een wervelwind van het toneel. Logisch dat men er rotsvast van overtuigd was dat hij zou terugkeren. Profeten komen en gaan. De vraag is of wij ze herkennen. Verloopt het niet vaak met de boodschapper (Johannes de doper) zoals het verloopt met de boodschap (Jezus): ze worden niet (of te laat) herkend en aan de kant geschoven. Men doet z’n eigen zin.
En wat zal ik ermee doen? Kan/wil ik open staan voor de waarheid, ook als die uit onverwachte hoek komt? Of zit ik gevangen in mijn eigen overtuiging, m’n eigen veilige willetje, waardoor ik de G-d van het onverwachte, de verrassing, … niet opmerk?
Misschien brengt deze voorbereidingstijd mij tot inzicht: wie is vandaag – hier en nu – profetisch? En dan is het enige dat mij te doen staat: moedig m’n leven ernaar richten en doen wat moet gedaan.
Mt. 11, 20-24 (14/07/2020)
In die dagen begon Jezus de steden waarin de meeste van zijn wonderen waren gebeurd te verwijten, dat zij zich niet bekeerd hadden.
'Wee jij, Chorazin; wee jij, Betsaida! Tyrus en Sidon zouden reeds lang, in zak en as, zich bekeerd hebben,
indien bij hen de wonderen waren gebeurd, die bij jullie hebben plaatsgevonden.
Ja, Ik zeg jullie: Het lot van Tyrus en Sidon zal beter te dragen zijn op de oordeelsdag dan dat van jullie.
En jij, Kafarnaum, zal je soms tot de hemel toe verheven worden? Tot in de onderwereld zal je neerzinken.
Als in Sodom de wonderen gebeurd waren die bij jullie zijn geschied, het zou tot op de dag van vandaag blijven bestaan.
Toch, Ik zeg jullie: Het lot van het land van Sodom zal beter te dragen zijn op de oordeelsdag dan dat van jullie.'
Jezus gebruikt weer stevige taal en probeert het eergevoel van zijn toehoorders te doorprikken.
Zij probeerden al de hele tijd om zijn woorden in te passen in hun eigen godsdienstig systeem, in hun (verwrongen) manier van religieus systeemdenken.
En wanneer het hun duidelijk wordt dat Jezus niet in dat systeem past - dat Hij er niet wíl in passen - dan zijn ze ontgoocheld en komen in opstand.
Hij probeert hun zelfgenoegzaamheid te doorbreken.
Dat was toen. En nu? Hoe is het met mij gesteld? Is mijn eigenzinnigheid te keren? Durf ik los te komen van ons godsdienstig systeem om echt te horen
en te zien waar het op aankomt? Hoeveel wonderen moet ik zien gebeuren vooraleer ik mezelf laat (aan)raken en m’n leven durf te veranderen?
Ik voel me uitgedaagd om intenser te kijken, mijn ogen te open en te zien waar G-d in mijn en andermans leven aan het werk is.
Hoe hij mensen (mij) vrij maakt, leven geeft. Maar het houdt niet op bij kijken dat is nog maar het begin.
Het komt erop aan mij om te keren naar G-d en me te verbinden om zo Verbonden te kunnen Léven.
Mt.18,(10-)12-14 (12/12/2023)
10 Let op dat je niet één van deze kleinen minacht.
Want ik zeg jullie:
Hun engelen in de hemelen aanschouwen voortdurend
het Gelaat van mijn Vader in de hemelen.
11 Want de mensenzoon is gekomen
om het verlorene te bevrijden.
12 Wat dunkt jullie?
Als iemand honderd schapen heeft
en één ervan is afgedwaald,
zal hij dan niet de negenennegentig op de bergen laten
en op zoek gaan naar het afgedwaalde?
13 En als hij het vindt
– amen, ik zeg jullie –
dan verblijdt hij zich over dan ene meer
dan over de negenennegentig die niet afdwaalden.
14 Zo is het de bedoeling van jullie Vader in de hemelen,
dat niet één van deze kleinen verloren gaat.
“Deze kleinen” zijn wel degelijk de kinderen die Jezus net hiervoor als voorbeeld in het midden heeft gesteld, en dus ook allen die net als zij zich klein en onmachtig weten en zich argeloos toevertrouwen aan het leven en de mensen die voor hen willen zorgen.
Dat kan allemaal romantisch klinken, maar is het duidelijk niet. Waarom doen wij het anders maar zo moeizaam?! Nee, wij staan liever op eigen benen en willen van niemand afhankelijk zijn, ook niet van G-d.
Nog scherper, pijnlijker, wordt dit duidelijk waar het over ons ‘verloren lopen’ gaat. Afdwalen doen we allemaal wel eens – meer dan eens. Maar wie wil dat erkennen? Wie is graag het schaap – zwart of wit doet er niet toe?
En toch … Net dáár komt G-d ons opzoeken. Net dáár blijkt de eindeloosheid van zijn liefde en de kracht van zijn erbarmen. Dat is zeer bevrijdend, als ik mij door hem wil láten vrij maken, en dus weer ‘schaap’.
Het enige wat ik er moet voor willen doen, is mij laten rusten op zijn schouders ...
Mt.10,1-7 (7/7/2021)
Hij riep zijn twaalf leerlingen bij zich en gaf hen volmacht over nog niet gereinigde geesten, zodat ze die aan het licht konden brengen en elke ziekte en zwakte helen.
Dit zijn de namen van de twaalf uitgezondenen [apostels]: Als eerste Simon, die Petrus [rots] wordt genoemd, en zijn broer Andreas; Jakobus, de zoon van Zebedeüs, en zijn broer Johannes; Filippus en Bartolomeüs; Thomas en Matteüs, de tollenaar; Jakobus, de zoon van Alfeüs, en Taddeüs; Simon, de Kananeeër, en Judas, de man uit Kerioth, die hem uitgeleverd heeft.
Deze twaalf zond Jezus uit en droeg hen op: “Ga niet de weg van de heidenen, ga niet binnen in een stad van de Samaritanen, maar ga veeleer naar de verloren schapen van het huis van Israël. Ga en verkondig: Het koninkrijk der hemelen is nabij gekomen.
Je laten roepen door Jezus maakt dat je op een andere manier zal zien (geen ‘andere’ dingen, maar de dingen ‘anders’). En wanneer je zo naar de wereld kijkt, zal het te zien zijn dat er heel wat ‘nog niet gereinigde geesten’ rondlopen (ook nog vandaag). En Jezus geeft de volmacht om open te breken en hij roept op om dit alles present te stellen en te verkondig dat het anders kan (en moet).
Reeds van bij het begin riep hij mensen en zond ze uit om te gaan en te verkondigen. Het zijn niet de meest succesvolle partners geweest die Jezus uitkoos. Hij wist van bij het begin dat sommigen er een zootje van zouden maken (en nog zullen doen).
En toch … wie het leerling-zijn een beetje serieus neemt, zál uitgezonden worden om elkaar trouw nabij te blijven, te helen. Kijk rond en je zál het zien (je hoeft niet verder te kijken dan je eigen omgeving) dat mensen zich verloren voelen en nood hebben aan iemand die hen ziet en met hen mee gaat. Wees er voor hen, dan zal doorheen die verbondenheid G-ds Liefde te zien zijn. Je leven zal spreken van zijn Koninkrijk.
Mt.10,7-15 ( 8/7/2021)
Ga en verkondig: Het koninkrijk der hemelen is nabij gekomen.
Heel de verzwakten, reinig de melaatsen, wek de doden op, verdrijf de demonen. Voor niets heb je ontvangen, voor niets moet je geven.
Neem geen goud mee, geen zilver of koper in je gordel, geen reiszak, geen extra kleren, geen sandalen en geen stok, want ‘wie werkt is zijn voedsel waard’.
In welke stad of dorp je ook binnenkomt, onderzoek wie het daar waard is en blijf daar dan tot je er weggaat. Als je in een huisgezin binnenkomt, groet hen [= zegen hen met vrede]. Als zij het waard zijn, zal je vrede over hen komen, maar als zij het niet waard zijn, laat dan je vrede over jezelf terugkeren.
Als men je niet verwelkomt en niet luistert naar je woorden, ga dan weg uit dat huis of die stad en schud het stof van je voeten.
Amen, ik zeg jullie: Voor het land van Sodom en Gomorra zal het op de dag van het oordeel draaglijker zijn dan voor die stad.”
Wij worden geroepen en gezonden om op weg te gaan en te verkondigen (net als de twaalf bij aanvang). We worden gezonden met een heel concrete, ’eenvoudige’ opdracht en met enkele tips voor onderweg.
De opdracht: Leef een leven dat niet van-zelf-sprekend is maar laat G-d spreken. Maak mensen héél en heb de wereld lief. Eenvoudiger kan het niet. Je hoeft eigenlijk niets te doen alleen maar te zijn, nl. een doorstroomkanaal waarlangs de goddelijke liefde kan stromen.
De tips voor onderweg: Reis licht, bewandel de weg van de eenvoud, de openheid en het vertrouwen. Wees flexibel en beschikbaar. Laat je niet opjagen als je ergens niet welkom bent. Vertrek gewoon, ga steeds verder en schud alles wat eventueel aan je blijft kleven van je af.
Zo eenvoudig is het: Leef voluit en laat je bewegen door de a/Ander. Leef-IN-vertrouwen en ga in alle vrijheid de wereld tegemoet en laat de wereld vrij om net zo te doen. Liefde kan je immers niet afdwingen dat is een vrije keuze zowel van jou als van de ander.
Mt.18,21-35 (22/03/2022)
Petrus kwam naar Jezus en vroeg: “Heer, hoe vaak mag iemand tegen mij zondigen om hem nog te vergeven? Tot zeven maal?” [volgens de Thora: drie of vier maal] Jezus antwoordde hem: “Niet tot zeven maal, zeg ik je, maar tot zeventig maal zeven maal!”
Zo is het koningschap van de hemelen te vergelijken met een koning die vereffening wilde vragen van zijn dienaren. Toen hij begon werd iemand bij hem gebracht die hem tienduizend talenten schuldig was. [= 10.000 x 6.000 daglonen] Omdat hij niets had om te betalen, beval de heer dat hij, met zijn vrouw, kinderen en al wat hij had, verkocht zouden worden.
Nu viel de dienaar voor hem op zijn knieën en smeekte: “Wees grootmoedig met mij en ik zal je alles betalen.” De heer werd ten diepste bewogen, liet de dienaar vrij en schold hem het geleende kwijt.
Maar toen die dienaar naar buiten ging, kwam hij een mede-dienaar tegen die hem honderd denariën schuldig was. [= 100 daglonen] Hij greep hem bij de keel: “Betaal wat je me schuldig bent!” De mede-dienaar viel hem aan de voeten en smeekte: “Wees grootmoedig met mij en ik zal je alles betalen.” Maar hij weigerde. Integendeel, hij wierp hem in de gevangenis totdat hij het verschuldigde betaald zou hebben.
Andere mede-dienaars zagen dit gebeuren en waren zo diep geschokt dat ze het gebeuren aan hun heer gingen melden. Toen riep de heer hem bij zich en zei hem: “Inrotte dienaar, heel die schuld heb ik jou kwijtgescholden omdat je mij dat gesmeekt hebt. Moest je je dan ook niet ontfermen over die mede-dienaar, zoals ik me ontfermd heb over jou?”
En vertoornd leverde de heer hem over aan de folteraars totdat hij het hele verschuldigde betaald zou hebben.
Zo zal ook mijn hemelse Vader met jullie doen als je niet van harte je mede-mens vergeeft.”
Vergeven, het kan zó verdomd lastig zijn. Mij helpen twee zaken.
Ten eerste: kijken naar het gebeuren vanuit het perspectief van de ander. Een perspectiefwissel uitvoeren is echter niet evident. Hiervoor moeten eerst de gemoederen bedaard en de emoties tot rust gekomen zijn. Dan pas kan ik me opnieuw open stellen voor die ander. Hoe dieper echter de kwetsuur, hoe moeilijker om met aandacht aanwezig te blijven en me niet af te sluiten.
Ten tweede: een Australische zegswijze die me, net als de tekst van vandaag, uitdaagt in mijn poging om Verbonden te Léven. Een zegswijze die de Aboriginals helpt bij hun omgaan met elkaar, met onrechtvaardigheid of met conflicten. In gedachten zeggen ze, met sereniteit en verdraagzaamheid: ”Ik zegen je en ik laat je gaan.” Je wenst de ander het beste toe door hem te zegenen en je vergeeft al zegenend en loslatend. Het helpt om uit je emoties te blijven enerzijds en uit het oordelen anderzijds. “Ik zegen je en ik laat je gaan”, niet één keer maar telkens weer, oneindig indien nodig.